Archive for februari, 2008

16 februari 1964: geboorte van een zondagskind

16 februari 2008

Vandaag is het 44 jaar geleden dat mijn jongste zusje JETSKE werd geboren. Dit jaar is het tien jaar geleden dat ze is gestorven. In 1990 heb ik voor Jetske’s verjaardag mijn herinneringen aan haar geboortedag opgeschreven. Ik was toen zes jaar oud. Ik kan me de geur van de ondergrondse gang tussen de portieken van de flat in Rijswijk nog herinneren, net als de opwinding die ik voelde toen we naar ons nieuwe zusje gingen kijken. Dit is het verhaal van haar geboortedag, zoals ik dat eens aan Jetske gaf….

16 februari 1964

Het was zondag en het was middag. Buiten was het koud, maar niet zo koud als het jaar daarvoor toen ik had met een stoel leren schaatsen op het Meer ter Werve, op botjes met gestreepte oranje strikbandjes. Wij woonden aan de Huis te Landelaan op nummer 324, op de bovenste verdieping. Als je je neus platdrukte tegen het raam kon je de overkant van het Meer zien en alle auto’s op het kruispunt beneden. Je had toen nog niet zoveel auto’s. Toen ik kleiner was, kende ik ze allemaal bij naam en kon ze aan hun geluid onderscheiden: ‘mama, de Doos!’. Maar dat was vroeger.
Wij hadden ook een auto: een witte Opel Kadett die papa en mamma hadden gekocht van tante Dorit, die wij Ima mochten noemen, en Abba. Met haar dochtertje Ronith was ik dik bevriend. We speelden altijd samen, het liefste vadertje en moedertje. 

Nu zei Ima dat we weg moesten. Naar haar flat, aan de andere kant van het flatgebouw bij de brug. Als je daar in de rommelige, rokerige kamer zat en de klokken van de kerk begonnen te luiden, schrok je, zo dichtbij klonk dat! Ima Dorit had een televisietoestel, waar we op woensdagmiddag Kabouter Kandelaar gingen kijken. Maar nu was het zondag, en toch moesten we weg. We moesten maar met Ronith gaan spelen, of desnoods met Ilan. Maar die was al veel te groot.
Mama ging een baby krijgen. Ima zou haar helpen bij de bevalling, want zij was verpleegster. Ik vond Ima altijd een beetje raar, ik was bang voor haar. Opeens kon ze in huilen uitbarsten. Dat kwam, zei mama, door de oorlog. Haar hele familie had ze verloren. Bij Ima thuis hingen overal posters van Het Beloofde Land. Blauwe hemel en sinasappelbomen. Ze aten altijd Jaffa en later zijn ze naar Israel geëmigreerd. Ilan werd soldaat. Abba was toen al dood. Ze waren een keer patat gaan halen en toen ze terugkwamen, was hij al koud. Hartaanval. Maar dat was later.
Het was mij een raadsel hoe die baby moest komen. Mama had een hele dikke buik, en de wieg stond klaar. Dat was het enige dat zeker was. Papa was zenuwachtig en Ima was kordaat: we moesten weg. We liepen met zijn drieën langzaam door die enge, donkere gang onder de flat. Bij Ronith speelden we met haar winkeltje, maar het was niet leuk. Het duurde eindeloos voordat we weer naar huis mochten. We hadden een zusje! Als we heel zachtjes waren, mochten we haar zien: in een grote, donkere rotan wieg op wielen met geel gebloemde bekleding. Een heel klein, rood mensje. Mama lag in bed, dat was gek, want mama lag nooit in bed. Ze was een beetje bleek, maar ze lachte. We kregen beschuit met muisjes.
De volgende dag mocht ik het grote nieuws voor de klas vertellen. Ik was apetrots, want ik had een zusje gekregen. Jetske, een zondagskind met een kuiltje in haar wang. 

Seroompunctie

1 februari 2008

De eerste week na de operatie ging redelijk voorspoedig, al voelde ik na een paar dagen dat de hoeveelheid wondvocht langzaam maar zeker toenam. De zwelling werd steeds groter en af en toe had ik lelijke steken in de wond. Hoewel ik mijn arm al redelijk kon bewegen, werd de beweeglijkheid door de vochtophoping steeds meer belemmerd. Een week na de OK was de wond echt opgezet en pijnlijk. Ik had op maandag de 21e een afspraak bij de chrirurg, en aarzelde de hele tijd of ik misschien niet eerder zou gaan. Maar het vooruitzicht op een (onvermijdelijke) punctie schrok me af. Ik was er een beetje bang voor: het leek me heel naar en pijnlijk. De opgezwollen borst zat duidelijk vol met vocht en daarin prikken leek me afschuwelijk.

Nogal een verrassing dus om te merken dat een seroompunctie, waarbij wondvocht wordt opgezogen, totaal pijnloos verliep! De chrirurg steekt de naald namelijk via het (gevoelloze) litteken naar binnen. De eerste keer werk maar liefst 180 cc. afgetapt. Een ruime week later (op 1 februari) moest het alweer gedaan worden, toen werd er nog eens 80 cc.  weggehaald. Wel werd mij toen verteld dat het beter is dit niet iedere keer te doen, omdat het af laten lopen van het vocht de productie weer stimuleert. Het is eigenlijk niet bekend waar de productie van wondvocht eigenlijk vandaan komt. Het kan wel uit zichzelf weer verdwijnen, maar de resorptie duurt meestal heel lang.

Zelf vind ik de wond niet zo mooi recht als de vorige keer, er zit een lelijke plooi in en het voelt nogal strak aan. Ook heb ik het gevoel dat er hardere plekken onder de wond zitten (bloeduitstortingen?) die pijnlijk zijn. Kan me eigenlijk niet meer goed herinneren hoe het de vorige keer ging, het lijkt nu allemaal langer te duren. Of is dat mijn ongeduld?

Ik heb me na een week of twee maar weer beter gemeld omdat ik gewoon weer hele dagen werk en sinds 24 januari ook weer regelmatig naar het werk ga.

Over het resultaat met kleren aan ben ik tevreden. Ik ben helemaal plat, zo plat als een jong meisje. Lelijk is dat niet. Integendeel: ik lijk er slanker door. De chrirug vroeg me soms of ik veel was afgevallen? Het is een puur cosmetisch effect: door het verdwijnen van mijn forse boezem, lijkt ik slanker en smaller. Het past beter bij mij lichaam vind ik. Nu kan ik tenmiste ook weer mijn jasjes dichtkrijgen en om mijn platte staat te vieren heb ik meteen twee bloesjes gekocht. Die waren vroeger voor mij niet te dragen, omdat ze nooit dicht konden! Ik vind het zelf echt geen storend gezicht, om nu borstloos te zijn.

Vandaag ben ik bij Louisiana twee nieuwe borstjes wezen uitzoeken. Ik kon zelf kiezen wat ik wilde. Het is een 75 AA cup geworden! Zo klein, en lichtvoetig… Met kleren aan is het erg mooi geworden. Toch kan ik de BH nog niet echt op mijn pijnlijke wond verdragen. Maar het is wat is ervan gehoopt had: een lichte welving, heel beschaafd, niet opvallend. Zo kan ik zelfs weer een badpak aan. Een goede beslissing, ondanks de ongemakken. Al zou ik willen dat de wond soepeler was….